Huurders van Stadswonen Rotterdam hebben recht op 7,8 miljoen euro aan teruggave energiebelasting. Dat is het oordeel van het gerechtshof in Den Haag, dat op 21 mei 2024 uitspraak deed in de zaak die door Stichting Huurdersbelang Stadswonen (SHS) is gewonnen. Deze gelden waren al bij Stadswonen ter beschikking, alleen door deze uitspraak is duidelijk dat de teruggave onder de servicekosten vallen, wat de verdeelmethodiek onder de huurders is en of er extra kosten in rekening mogen worden gebracht.
Elke Nederlander met een elektriciteitsaansluiting betaalt energiebelasting bij het gebruik van elektriciteit. Hoe meer je gebruikt, hoe meer belasting je betaalt. Omdat de belastingdienst energiegebruik als een basisbehoefte ziet, trekt de belastingdienst elk jaar een vast bedrag van die belasting af. Als je een eigen aansluiting hebt, verrekent de energieleverancier dit via de elektriciteitsrekening.
Bij Stadswonen is er echter meestal sprake van één aansluiting per complex, waar tot wel enkele honderden individuele huurders wonen. Zij betalen allemaal hun energiekosten en belasting via Stadswonen. Aangezien er maar één aansluiting is, verrekent de energieleverancier maar éénmaal de belastingvermindering bij de elektriciteitsrekening van een complex.
Stadswonen is als verhuurder de enige die in zo’n situatie de misgelopen belastingvermindering terug kan vragen bij de belastingdienst. Hoewel het deze teruggaveverzoeken wel heeft ingediend én hier geld voor heeft ontvangen, is dit tot nu toe niet uitgekeerd aan de huurders, omdat er nog geen overeenstemming was met de huurdersorganisatie over of de teruggave onder de servicekosten valt, wat de verdeelmethodiek onder de huurders is en of er kosten in rekening mogen worden gebracht. Al in 2019 adviseerde SHS dit geld uit te betalen aan de huurders die daar volgens de wettelijke systematiek recht op hadden.
Met het advies van SHS ging Stadswonen niet mee. Stadswonen had een andere verdeling voorgesteld en was van mening dat de gemaakte kosten voor de teruggaveverzoeken aan de huurder doorgerekend kon worden. Stadswonen was onder andere voor een verdeling waarbij alle huurders, ongeacht of zij volgens de wetgever recht hadden op een teruggave, op basis van collectiviteit evenveel teruggave kreeg, in plaats van een teruggave op complexniveau, zoals in het besluit is geregeld.
Dit meningsverschil was, nadat er verschillende oplossingen van beide kanten zijn geboden, aanleiding om een rechtszaak te starten. In maart 2023 oordeelde de kantonrechter in Rotterdam dat huurders recht op deze teruggave hadden, wat in overeenstemming was met het advies van SHS. Op dat moment bedroeg dit al meer dan 3,7 miljoen euro over de periode 2010-2019. De afgelopen drie jaar is dit bedrag opgelopen tot maar liefst 7,8 miljoen euro
Lang proces
In 2017 meldde Stadswonen dat er aanvragen voor teruggave energiebelasting waren gedaan en vroeg SHS om advies wat met deze gelden te doen. Hierop volgden vele overleggen en mailuitwisselingen. Dit resulteerde begin 2019 in een advies van SHS dat de teruggave een onderdeel van de servicekosten vormt en dus aan de huurders toekomt. Stadswonen moest deze volgens het advies van SHS volgens een door de overheid vastgestelde systematiek verdelen onder huurders die hier recht op hadden. Zowel toen als nu werd gesteld dat Stadswonen de kosten die het maakt voor het teruggaafproces niet mag doorberekenen aan de huurders.
Oordeel gerechtshof
Met de uitspraak van het gerechtshof Den Haag staat nu vast dat de teruggave van de energiebelasting onderdeel is van de servicekosten. Dit betekent dat huurders die in de betreffende periode (2010 – 2022) bij Stadswonen wonen en/of woonden, recht hebben op een terugbetaling van de te veel betaalde energiebelasting.
Het gerechtshof in Den Haag heeft SHS ook in het gelijk gesteld dat Stadswonen verplicht is om de ontvangen teruggave te verdelen onder de huurders conform de wettelijke bepalingen. Het hof wees de stelling van Stadswonen af dat zij zelf mocht bepalen wat er met de verdeling van de teruggave gebeurde. Daarnaast was het hof het met SHS eens dat Stadswonen de kosten die het in verband met het aanvragen van de teruggave gemaakt heeft, niet aan de huurders door mag berekenen. De te veel betaalde administratiekosten moet Stadswonen volgens het gerechtshof ook terugbetalen aan huurders.
Ralf Stammen, dossierhouder servicekosten bij SHS: “We zijn blij dat er nu een duidelijke uitspraak ligt. Stadswonen kan na al die jaren overgaan tot een juiste, eerlijke en rechtmatige uitbetaling van het geld waar de huurders en oud-huurders recht op hebben. Tegelijkertijd stemt het treurig, want dit hele proces heeft een gigantische hoeveelheid tijd, energie en huurdersgeld gekost. Dat terwijl de uitspraak van het hof geheel in lijn is met het advies dat SHS in 2019 al heeft gegeven.”
Gevolgen voor Huurders
SHS gaat nu op zo kort mogelijke termijn met Stadswonen in gesprek. SHS wil afspraken maken over de termijn waarin Stadswonen de bijna 8 miljoen euro aan de (voormalige) huurders over zal maken en wat de verdeling tussen de bewoners van een onzelfstandige unit zal zijn. Hierover is al goed contact tussen Stadswonen en SHS. “Onze inzet is dat dit zo snel mogelijk, eerlijk en op een transparante wijze gebeurt. Ook vinden wij dat Stadswonen zich ervoor moet inzetten op het geld ook zoveel mogelijk terecht te laten komen bij de voormalige huurders die hier recht op hebben”, aldus Stammen.
Voor meer informatie of verdere vragen kunnen huurders contact opnemen met Stichting Huurdersbelang Stadswonen via communicatie@huurdersbelang.nl.
Over Stichting Huurdersbelang Stadswonen
Stichting Huurdersbelang Stadswonen behartigt de belangen van alle huurders van Stadswonen Rotterdam, het onderdeel van woningcorporatie Woonstad Rotterdam voor studenten en starters. De stichting streeft naar eerlijke en transparante servicekostenafrekeningen en zet zich in voor de rechten van huurders.
Meer over dit onderwerp lezen?
- Lees het advies van SHS uit 2019
- Lees de eerste uitspraak van de kantonrechter in 2023
- Uitspraak hof 2024: We wachten nog op publicatie op rechtspraak.nl
Noot: Op 25 mei hebben wij dit ook al gepubliceerd. In deze versie is het nog duidelijker gemaakt waar het geschil over ging.